Over de heffing over vermogen (box 3) is de afgelopen periode veel te doen geweest. Vanaf 2026 moet er heffing over het werkelijk rendement gaan plaatsvinden. Hoe dit precies in zijn werk gaat, is nog alles behalve duidelijk. Tot die tijd wordt vanaf 2023 het inkomen nog steeds bepaald aan de hand van fictieve rendementen. Hierbij wordt uitgegaan van de werkelijke samenstelling van iemands vermogen, verdeeld over drie categorieën:
1. bank- en spaartegoeden, deposito, contant geld
2. alle overige bezittingen
3. alle schulden.
Elke categorie kent een eigen fictief rendement. In 2022 was dit 0,01% voor spaargeld, 5,53% voor overige bezittingen en 2,46% voor schulden. De fictieve rendementen worden vervolgens belasting tegen 31%.